Zeven jaar succes in het Haagse Museumkwartier
Cottontree City: klasse aan het Voorhout

Zeven jaar zijn Dimitri en Manon Heinrichs nu het gezicht van Cottontree City, de moderne stadsbistro met betaalbare, eerlijke en smakelijke gerechten aan het autovrije Lange Voorhout. Middenin Couperiaans Den Haag, met een groot belommerd terras en uitzicht op de Koninklijke Schouwburg, Hotel des Indes en het Schelpenpad dat op Prinsjesdag door de koninklijke koetsen wordt bereden.
Ooit was ‘t het chique Le Bistroquet waar dinerende parlementariërs van het aanpalende Binnenhof nog wel eens kabinetten smeedden (de iconische, samenzweerderige foto van Wiegel en Van Agt, alhier door een wakkere paparazzo geschoten, hangt nog steeds pontificaal in de zaak).
Smakelijk

Dimitri Heinrichs is volleerd kok, werkte o.a. bij Julien, De Hoop op d’Swarte Walvis en De Bokkedoorns en droomde elke dag als hij er voorbij kwam van een chefsfunctie bij de zaak waarvan hij nu de patron-cuisinier is. Samen met zijn Manon, bankemployé met het diploma hotelschool op zak, kreeg en greep hij die kans toen hij – op dat moment souschef in het Scheveningse Promenadehotel – werd benaderd voor een soortgelijke functie in Le Bistroquet. Dat was in 2007, en hij is er niet meer weggegaan: 10 jaar later was de zaak van hen.
Zijn smakelijke kookstijl samen met het hartelijke, elegante en ter zake kundige gastvrouwschap van Manon, de super-Haagse locatie en de betaalbaarheid van het gebodene, maakten van Cottontree City binnen enkele jaren een gewilde topper. Bezocht door een aangename mix van vaste gasten, buurtbewoners, politici, toeristen en passanten.
Hamachi

Onze lunch begint met rauwe hamachi, de tonijnachtige zacht-zilte yellowtail kingfish die in Zeeland wordt gekweekt. In blokjes gesneden, aangemaakt met limoen, pimentpoeder, zout en olijfolie. Opgediend met crème van avocado, dressing van Peruaanse peper, krokante tortilla en munt. Een smaakbommetje.

Gevolgd door kabeljauwrug, op het vel in geklaarde boter gebakken met alleen maar fleur de sel. Geserveerd op romige saffraanrisotto die extra op smaak is gebracht met chorizo, parmezaan en een klontje boter. Erbij Zeeuwse gekookte mosselen met beurre blanc waarin pesto van rucola is gedruppeld. Mooi! En lekker: de vis à point gegaard, het garnituur hoog op smaak. Manon schenkt er frisse palomino blanco bij uit Jerez (Luis Perez).
Stoof

Kalfszwezerik is het hoofdgerecht. Krokant gebakken mootjes, zacht binnenin, met tegenhang van een dotje stoof van kalfswang. Met verder pompoenbereidingen, crème van extragroene Iranese pistache en jus van rode wijn. In het glas nu een krachtige rode rioja (Artuke) van tempranillo en viura.

Tot slot heerlijk sappige baba au rhum met cremeux van kokos en mousse (en sap) van Thaise basilicum. Plus gel van kalamansi en ijs van jasmijnrijst. Bij glaasjes moscato d’Asti.
Een feestje, daar onder de zwarte parasols aan het zonovergoten Voorhout.
